PERPETUUM MOBILE

 

TOT MORGEN

 

 

De avond viel stemmig in nacht

als koor van welluidende kraaien

van zacht naar voller uitgehold

vlekte hij klaarte uit in donker

 

 

gehaaid als hij was zong hij

vermomd als merel

de schemering uit

 

 

verstoken van enige schaduw

lichtte hij maan en sterren

van hun bed en vrijde hen op

in het kleur van hun lommer

 

 

pas toen de hemel huiverde

van stille intieme geluiden

die over de grens van het waken

zijn dromen ontvoerden keek hij

nog éénmaal om en zei versluierd:

 

 

tot morgen, mijn lieveling.

 

19/05/03

© Rudi J.P. Lejaeghere